Sinds een paar maanden coördineert Banu (37) de taallessen in de Pauluskerk. Er zijn verschillende groepen voor Nederlandse les, zowel voor beginners als gevorderden. Daarnaast wordt er Engelse en Spaanse les gegeven. Voor Engels komt steeds meer belangstelling. Banu belt na een aanmelding de cursist op om een inschatting te maken in welke groep iemand past. “Meestal  hoor ik het al aan de manier van spreken aan de telefoon. Sommigen gaan al snel Engels praten. En sommige spreken helemaal geen Nederlands. Dus die mensen gaan naar de beginnersgroepen.”

 “De Nederlandse taal is niet mijn eigen taal. Mijn beide ouders zijn Turks. Zelf ben ik  geboren en opgegroeid in Gorinchem. Thuis spraken we Turks en op school sprak ik Nederlands. Ik ben blij dat ik tweetalig ben opgevoed, anders was mijn Turks waarschijnlijk niet zo goed. En ook voor het contact met de familie in Turkije is het belangrijk. De taal is een onderdeel van mijn cultuur.

Ik vind het erg leuk om de taallessen te coördineren. Het contact met de mensen is goed en ik ken alle docenten. De manier waarop Ruud Nederlandse les geeft, spreekt me erg aan. Hij maakt het gezellig, er is eten en drinken, de manier waarop ze grapjes met elkaar maken. Iedereen is heel betrokken. Zelf volg ik als leerling de Engelse en Spaanse les.  Bij Spaanse les zou ik wel wat meer al Spaans willen praten, maar misschien is het niveau in de groep daar nog niet hoog genoeg voor.

Het bevalt me goed in de Pauluskerk, de sfeer is prima en ik geniet van de activiteiten die er zijn. Ik doe namelijk ook nog mee aan pianoles en gitaarles en ik ben al een paar keer naar yoga geweest. De gitaarleraar Jaimy is de meest geduldige leraar die ik ooit heb ontmoet. Al doe je het tien keer fout, hij blijft het voordoen of uitleggen.

Zelf geloof ik geloof in God en in de islam, maar op een andere manier dan mijn ouders. Zij geloven ook in andere boeken. Terwijl ik echt alleen van de Koran uitga. Ik draag bijvoorbeeld geen hoofddoek. Sommige moslims beweren dat er in de Koran staat dat je een hoofddoek moet dragen. Ik heb de Koran ook gelezen, en ik heb dat idee niet dat dat moet. Ik heb dus een andere interpretatie.

Hier in Rotterdam ben ik nog nooit naar de moskee geweest, wel in Gorinchem. Ik leef meer vanuit de normen en waarden van de Koran, zonder naar de moskee te gaan. Het is voor mij geen enkel punt om dit vrijwilligerswerk in een protestantse kerk te doen. Naar mijn idee komen veel waarden en normen overeen. Er zijn voor mensen, iets voor ze betekenen is in beide religies belangrijk. Ik vind het ook onzin dat een moslim niet naar een kerk zou kunnen of omgekeerd: een christen naar een moskee. Zou mooi zijn als dat gebeurde , misschien kwam er dan meer begrip.”

Banu volgde een opleiding voor boekhouden en administratie, trouwde in 2007 en verhuisde naar Rotterdam. “Gorinchem vond ik altijd een beetje kleine en saaie stad. Rotterdam past beter bij mij, hier is altijd wel wat te doen. Je hoeft je nooit te vervelen.  Ik ben vaak op pad in Rotterdam.  Behalve in de Pauluskerk ben ik ook actief bij Bigbrother/Bigsister, ik ga dan op dinsdag naar een school waar ik optrek met een groepje kinderen die weinig zelfvertrouwen hebben of gepest worden. Dan geef ik ze een beetje extra aandacht.  En op woensdagmiddag doe ik een activiteit met kinderen in een buurthuis, dan komen ze knutselen, koken of tekenen. Ik hou niet van eentonigheid, ik wil graag verschillende dingen doen.

Het is voor mij belangrijk om actief te zijn en positief te blijven. Mijn man heeft  drie voetoperaties gehad. Onder andere hierdoor zijn we in een lastige financiële situatie terechtgekomen. Het bleek na een jaar dat onze ziektekostenverzekering geen contract meer had met het ziekenhuis waar mijn man onder behandeling was. Dus als tip wil ik mee geven: bel naar je verzekering als je twijfelt of de zorg wel is of blijft. Gelukkig gaat het met ons nu langzaam weer de goeie kant op.

Ook al zit je in de put, als je er niks aan doet, dan wordt het erger en komt het nog meer op je af. Dus je moet door blijven vechten en  kijken wat je wel kan doen. Ik word er vrolijk van als ik mensen kan helpen. Ik kan hier iets betekenen, dat is beter dan somber thuis zitten.”