Ik voel mij een blinde hyjena.

Moussa Hassan:

“In 2011 vluchtte ik uit Niger. Een vriend zei dat ik met hem mee kon naar Nederland. Toen ik hier was verdween hij spoorloos. Hij had mijn paspoort nog. Ik vroeg asiel aan, maar dat werd afgewezen en ik werd naar het detentiecentrum in Rotterdam gestuurd. Daar hebben ze me na zes maanden op straat gezet, want Niger liet me niet binnen. Ik liep door Rotterdam, geen idee waarheen. Toen ik een zwarte man zag ben ik op hem afgestapt. Hij vertelde over de Pauluskerk, daar ben ik heen gegaan. Nu slaap ik er. Ik wil graag terug naar Niger, maar dat gaat niet.

Omdat ik mijn paspoort niet meer heb kan ik niet bewijzen wie ik ben. Sjany, van het vluchtelingenwerk, doet wat ze kan. Ze helpt om de juiste documenten te krijgen. Ze heeft gezocht naar een oom in Niger die kan bewijzen dat ik ben wie ik ben. Maar we kunnen hem niet vinden. Ook het Rode Kruis zoekt mee. De politie in Niger geeft aan dat het niet haar taak is om vermiste familieleden op te sporen.

Ik maak gebruik van de bed-, bad-, en broodregeling en slaap in de Pauluskerk. Maar zo’n regeling is tijdelijk. Als ik niet kan terugkeren maar ook niet in Nederland mag blijven, dan sta ik weer op straat. Dat besef is heel zwaar. Ik voel mij vaak een blinde hyena. Als ik in de toekomst kijk zie ik niets. Ik ben hier, maar ik mag hier niet zijn. Ik kan niet terug en ik kan niets doen. Mijn dromen zijn me ontnomen. Ik leef in een gevangenis. Maar ik probeer sterk te blijven. Bij de dag te leven en positief te zijn. Vriendelijk naar de mensen.”

Moussa Hassan maakt gebruik van de Rotterdamse bed-, bad,- en broodregeling. Hij slaapt in de Pauluskerk en krijgt begeleiding van het vluchtelingenwerk.